zondag 22 februari 2015

Uitlopende zoete aardappel

Al een paar weken vertroetel ik de zoete aardappel die ik in een bakje aarde gelegd heb. Folie erover zodat-ie niet uitdroogt. 's Avonds zet ik het bakje lekker warm naast de verwarming en overdag in de warme zon en wat zie ik. Hij begint uit te lopen! Nog pril, maar er zit duidelijk leven in.


Waar ook zichtbaar leven in zit is de chinese/knoflook bieslook.De stengels van vorig jaar kunnen wel weg. Zo krijgen ze de ruimte om te groeien én ik kan makkelijker ervan plukken.



Vorig jaar hadden we een mega-appeloogst van onze sterappelboom. Naast gewoon opeten heb ik veel potten, bakjes en flessen gevuld met appelmoes en appelsap. Maar ik wilde ook proberen of je sterappels kunt drogen. Dat bleek prima te gaan.
Vandaag wilde ik eens proberen of je deze gedroogde appelschijfjes in een appeltaart kunt gebruiken. En dat lukte!



Eerst weekte ik de appelschijfjes een paar uur in mijn zelfgemaakte appelsap. Daarna maakte ik het deeg. 
Omdat mij leek dat de geweekte appeltjes het niet zo goed zouden doen in de traditionele laag bovenop het deeg heb ik rozijnen en appeltjes gewoon door het deeg geroerd. Het werd iets meer een beslag dan een deeg. Ik heb het geheel in een taartvorm gestort en zo gebakken. Een goede beslissing want de taart is perfect gelukt!

Appeltaart. Glutenvrij en met rijststroop als zoetmiddel.
Oven voorverwarmen op 175 graden

100 gr amandelmeel
100 gr havermout
50 Teff ontbijtmeel
100 gr dadels, gemalen in keukenmachine
1 à twee theelepels bakpoeder
125 gr margarine (misschien dat nog iets minder ook kan)
2 eieren
75 gr rijststroop
Half kopje sojamelk/amandelmelk
75 gr rozijnen
4 appels in stukjes
Kaneel
Snuf zout

Meng de meelsoorten en doe er een snuf zout bij. Doe ook het bakpoeder erbij. Een theelepel en nog een beetje.
Meng de margarine met de eieren, rijststroop en stukjes dadels. Voeg het halve bekertje melk toe.
Doe het meelmengsel bij het margarinemengsel en roer goed.
Een half uur laten staan op een koele plek.
De bakvorm vullen met het deeg (het is een beetje brokkelig deeg).
Niet alles erin doen maar genoeg om de hele bodem goed te bedekken.
De appelstukjes, rozijnen en kaneel meng je door het laatste deeg en verdeel je over de bodem.
Ongeveer 45 minuten in de oven.

De bodem is in eerste instantie wat brokkelig maar na goed afkoelen stevig genoeg.

zondag 15 februari 2015

Tuinweekend.

Februari kan verrassend uit de hoek komen en dit weekend was daar een goed voorbeeld van. Weer om afscheid te nemen van winterse virussen en depressies. En de tuin is de beste plek om dit te ervaren.
Het door de leden van de volkstuinvereniging gezamenlijk bestelde zaaigoed is binnen en kan op de tuin  opgehaald worden. Om half 10 ben ik er al! De koning te rijk met mijn pakketje met onder andere; plantuitjes, venkel-, pompoen-, courgette- en tomatenzaad. Ik heb niet alles via de volkstuinvereniging besteld.
Aan de slag op de tuin.
Eerst ga ik de laatste preien en pastinaken weghalen. Vooral aan patinaken haal ik nog heel wat naar boven. Het is flink spitten om ze uit de grond te krijgen. Daarna spit ik het hele stuk lichtjes om.



Daarbij kom ik uitlopers van de gele frambozen tegen. Die haal ik meteen ertussenuit. Het is dat ze zo goed dragen en zo ontzettend lekker zijn want het zijn agressieve jongens (of meisjes ; )) die meters door de tuin struinen. Alles wat ik er nu uit haal kan niet verder uitlopen.

In de kas zaai ik de eerste bladgewassen: namenia (raapstelen), mizuna (ook een soort raapsteel), rucola en spitskool. De spitskool zal hier maar tijdelijk staan. Als de plantjes groot genoeg zullen zijn en het nog iets warmer is, gaan ze de volle grond in.



Zondag is het ook perfect tuinweer en Ton gaat mee.
Er moeten wat struiken verzet worden en de tuin krijgt een rand.
In mijn tuinschrift dat ik sinds 1983! gebruik ( ver voor pc, laptop en blogs), teken ik jaarlijks de tuinindeling. waarbij ik rekening houd met wisselteelt. Zo voorkom ik dat ik twee jaar achter elkaar op hetzelfde stuk aardappelen, kolen enzo zet. In de loop van het tuinseizoen schrijf ik in de vakken wat ik waar zaai.


Tijdens het verplanten van de zwarte bes en de kruisbes beslis ik om de kruisbes toch niet te houden. Uit sentimentele redenen, mijn oma en opa hadden hem vroeger in de achtertuin, heb ik hem aangeschaft maar hij draagt amper en de stekels vind ik echt verschrikkelijk. Dus halen we hem er wel uit maar knippen hem vervolgens klein. Hij gaat niet in de compostbak, je zou de stekels nog jaren in de tuin tegen gaan komen, geen pretje!
Ik houd de plek vrij voor een pruimenboompje.

Het volkstuincomplex ligt op veengrond en om wateroverlast te beperken zijn er overal om de tuinen greppels gegraven. Dat scheelt enorm. Echter, de kanten gaan steeds schuiner aflopen waardoor de tuin eigenlijk steeds kleiner wordt. De oplossing is om de kanten af te schotten. De hele tuin wordt als het ware een verhoogd bed. Oude stoeptegels zijn daarvoor heel geschikt en we hebben gratis een partijtje op de kop getikt. Ton gaat aan de eerste rand beginnen. Het gaat super en ziet er goed uit!


Ik ga ondertussen verder met spitten en planten. De eerste tuinbonen, gezaaid op 19 januari, gaan de grond in. Wel zet ik ze nog onder een plastic tunnel.


Bij het spitten zie ik bekende plantjes.


Het zijn blaartrekkende boterbloemen. Daaraan kun je al zien dat het hier vochtig is. De blaartrekkende boterbloem is de giftigste boterbloem. Het sap kan blaren op de huid veroorzaken. Mijn collega gids bij het IVN noemt het 'boefjeskruid'. Het sap zou vroeger gebruikt worden om je zelf mee in te smeren en zo te gaan bedelen. Met de door het sap veroorzaakte blaren zag je er zielig uit en dat leverde altijd meer op.

Na een paar uurtjes werken is de pap op en zijn we blij en tevreden met wat we vandaag gedaan hebben.




vrijdag 13 februari 2015

De zon schijnt!

De hele week ben ik ziek geweest. De rondwarende griep is ook bij mij op bezoek geweest. Maar vandaag gaat het weer en de zon schijnt! Nu is het dan oppassen dat ik niet meteen te overmoedig word. Alleen even wat bakjes in het muurkasje in de achtertuin zetten. De tuinbonen gaan fantastisch, die zouden eigenlijk al de grond in mogen. In het kasje kunnen ze harden. Komende week gaan ze de grond in.
Verder staan er twee verveine planten en een paar witte salieplanten te overwinteren. De verveine ziet er doods uit maar dat was vorig jaar ook het geval dus ik verwacht dat het wel goed met ze komt. Van de witte salie, die je gebruikt om te smudgen, zien er twee planten heel zielig uit. De derde is nog een beetje groen. Ze zijn vorig jaar gezaaid en dit is hun eerste winter. Ik ben benieuwd of het kasje de goede overwinterplek zal blijken te zijn.


Een van de zoete aardappelen ziet er behoorlijk beschimmeld uit. Ik denk dat dat niets meer gaat worden. Weg ermee!


woensdag 4 februari 2015

Compost scheppen en pastinaaksoep.

Een jaar of wat geleden bood de gemeente compostcontainers (Biocom) aan. Het idee was dat huishoudens op die manier minder groenafval zouden aanbieden en ook nog tuin zouden kunnen verrijken met eigen compost. Een goed plan vond ik en dus staat hij nu al jaren om de hoek van de buitendeur zodat ik ook bij kou en regen makkelijk mijn groenbak erin om kan kiepen. Op de moestuin heb ik er ook een staan.
De compostbak bij huis is behoorlijk vol en omdat de zon schijnt lijkt het me een aardig klusje voor vandaag.
Bij het uitscheppen gebruik ik een oude schep van toen onze kinderen nog klein waren. Hij is op de een of andere manier in de schuur is blijven staan. Vorig jaar ontdekte ik dat hij ideaal is voor het uitscheppen van de compost. Hij maakt het werk heel hanteerbaar. Het luikje waaruit je de compost schept is namelijk niet erg groot.


De compost ziet er prachtig uit. Hij is lekker rul, niet nat en zit vol wormen. Ik vind het grappig dat kleine stukjes eierschil en zaden van de pompoen zichtbaar blijven. Die pompoenzaden lopen in de compost soms gewoon uit. Dat vind ik niet erg want op de tuin verdrogen ze gewoonlijk snel.


Twee grote bakken vol schep ik eruit en dan vindt mijn rug het ook welletjes. Een klein deel gooi ik weer terug bovenop in de compostbak. Met de 'roerstok' die bij het vat hoort mix ik alles en breng ik zuurstof in het geheel. En zo gaat het hele proces weer verder. Wat een rijkdom!

Vorige week heb ik nog een paar pastinaken uit de blubber getrokken. Bij elkaar wegen ze bijna 1900 gram. Ze zien er wat aangetast uit en ik kan ze niet al te lang bewaren dus maak ik een  pan pastinaaksoep


Met een prei, een ui en wat selderijgroen en peterselie uit de vriezer wordt het een mooi wintersoepje.




.

Tuinbonen, zoete aardappel en mislukte witlof.

De zoete aardappelen die ik in het water gezet heb (zie een vorig bericht) staan er nog steeds onveranderd bij. Ik las dat je ze ook in een bedje aarde kunt leggen en dat ze dan ook uitlopen. Dan hoef je dus niet te onderzoeken wat 'kop en kont' van de aardappel is. Dus deze methode probeer ik nu ook. Ze hebben veel warmte nodig dus het bakje staan dicht bij de verwarming.


De tuinbonen staan inmiddels boven de grond. Ik heb ze zelfs op een koudere plek op zolder neergezet, anders gaan ze wellicht te snel.

Sugarsnaps komen ook al op. De soort Sugar Sprint is inderdaad een sprinter. De soort Delikett is wat langzamer maar begint nu toch ook te kiemen.  Ook deze heb ik op de koele zolder gezet, het moeten geen slappe slierten worden. Ik ben benieuwd of dit een juiste beslissing zal blijken te zijn.


Niet alles wat ik kweek is een succes. Dat blijkt wel als ik de witlof bekijk. En dat  voor een groente waar je zoveel werk aan hebt.
Eerst staan ze de hele zomer plaats in te nemen op de tuin. Oké, daar had ik verder niet veel werk aan. In de herfst rooide ik de wortels en sneed het loof eraf. Daarna moesten ze een paar weken aan hun lot overgelaten worden. Vervolgens zette ik ze in een emmer, eerst koel en daarna warmer. Natuurlijk op een donkere plek en onder een vuilniszak. En dit is het resultaat.


Treurig toch?
Dit was mijn tweede poging. De eerste (vorig jaar) verliep iets beter maar was ook niet om over naar huis te schrijven. Ik heb ze zo te zien laten verdrogen. Helaas, pindakaas. Eigenlijk ongelooflijk dat je witlof in de supermarkt voor 70 cent per pond kunt krijgen. En logisch dat de biologische witlof onbetaalbaar is.